NRC Handelsblad
(rubriek: Zeggen en Schrijven)
Zeggen en Schrijven
Voor aap
De pratende aap is een soort monster van Loch Ness. Wat je ook doet, eens in de zoveel tijd duikt hij weer op, en altijd tot grote vreugde van de verzamelde pers. Toch wil Nessy daar in Schotland nooit eens een rondje zwemmen voor de camera, en heeft niemand ooit een aap vastgelegd die riep: ‘Ha, jongens, leuk dat jullie er weer allemaal zijn. Waar zullen we het vandaag eens over hebben?’
Dat is wel verschrikkelijk jammer. Zo’n voorwereldlijk beest, wat zou het prachtig zijn als hij bestond. En geen mens die niet valt voor de charme van onze bijna-soortgenootjes de mensapen. Wie wil er nou niet weten hoe het voelt om een chimpansee te zijn?
Dus staan toeristen en journalisten als Nessy weer eens gesignaleerd is, gebroederlijk naar dat Schotse meer te turen, en wordt elk verslag over een aap die iets doet dat op taal lijkt gewoonlijk grif geloofd. Maar dat uitgerekend de chimpansee Washoe momenteel opnieuw de kolommen van kranten en tijdschriften haalt – een van haar verzorgers heeft een boek over haar geschreven – is toch licht bizar.
Het is nu bijna een kwart eeuw geleden dat ‘Project Nim’ begon. Nim Chimpsky moest voor eens en voor altijd duidelijk maken of Noam Chomsky gelijk had met zijn uitgangspunt dat alleen mensen een taalvermogen bezitten. Waarom? Omdat de gegevens over Washoe niet beschikbaar of niet controleerbaar waren.
De vrouwtjeschimpansee van het psychologenechtpaar Gardner had eind jaren zestig voor flink wat consternatie gezorgd. Het begon toen net een beetje door te dringen dat de gebarentalen van doven volwaardige talen waren, die je dus zou kunnen gebruiken om de taaltalenten van apen te testen. Want op praten met een stem zijn apen nu eenmaal niet gebouwd. En inderdaad bleek Washoe in staat om, met veel oefenen, in een paar jaar tijd meer dan honderd verschillende gebaren uit de Amerikaanse Gebarentaal te leren. Sensationeel nieuws. De Gardners verkondigden dat ze een aap taal geleerd hadden.
Nou ja, de verschillen met mensenkinderen lagen wel voor het oprapen: die hebben immers geen intensieve taaltrainingen nodig, en ze pikken desalniettemin zodra ze een beetje met praten begonnen zijn élke dag zes tot tien nieuwe woorden op, minstens tot aan hun zesde verjaardag. Maar daarover ging het in de verhitte discussies meestal niet. Die spitsten zich toe op het combineervermogen van Washoe. Kon ze zelf nieuwe gebaren maken, en als ze meer gebaren achter elkaar zette, zat daar dan een patroon in? Met andere woorden: beschikte Washoe, net als elk kind dat aan een taal is blootgesteld, over een grammatica?
Het viel voor de buitenwereld niet uit te maken. Er waren tot de verbeelding sprekende anekdotes, er waren stukjes film en aantekeningen, maar precieze gegevens ontbraken. Dat wilde psycholinguïst Herbert Terrace met Nim beter doen. Bij Nim Chimpsky werd alles van het begin af aan exact vastgelegd, op nauwomschreven manieren. Toen het project na vier jaar stopgezet werd, lag er een gigantische berg ruwe gegevens, en was iedereen die Nim onderwezen of verzorgd had enthousiast en optimistisch over zijn prestaties. Allemaal hadden ze gezien hoe slim en creatief hij was, en hij leek zelfs voorkeuren voor bepaalde gebarenvolgordes te hebben.
Meer dan twintigduizend genoteerde ‘uitingen’ van Nim, met hun context, werden er uiteindelijk geanalyseerd, en tientallen banden met video-opnames. Maar tot Terraces verbazing en teleurstelling kon hij geen enkel patroon vinden. Hoe veel grammaticale zinnen in gebarentaal Nim ook als voorbeeld gehad had, hijzelf maakte geen zinnen. Volgordes waren willekeurig, en heel vaak bleek hij alleen zijn leraren na te praten. Volgens Terrace was bovendien al Nims taalgebruik gericht op iets (gedaan) krijgen. Niet echt het inkijkje in de chimpanseeziel waar we op wachtten.
Er zijn na Nim nog meer projecten geweest. Sommige lopen nog. Maar nooit is er meer zo veel materiaal verzameld, of een soortgelijke analyse gemaakt. Enfin, over de blinde vlekken en menselijke zwakheden van de meeste apentaalonderzoekers een andere keer meer.
Nim Chimpsky is ondertussen allang met pensioen. Hij woont ergens in Texas, op de Black Beauty Ranch, een soort bejaardentehuis voor beroemde dieren. Jammer dat hij niet nog véél beroemder is.