door Liesbeth Koenen ©
08-06-2010
NRC Handelsblad, NRC Next
(rubriek: Deze week spreekt / De Lezing)

Deze week spreekt…Koos Dijksterhuis

Koddige vogeltjes

Drie zomers was hij op Groenland en in Afrika. Journalist Koos Dijksterhuis (1962) reisde mee met een klein onderzoeksteam, dat op zijn beurt meereisde met een vogel: de drieteenstrandloper. Een Groenlander in Afrika noemde Dijksterhuis zijn boek over de kleine dribbelaar, die ook op Nederlandse stranden rondloopt.

Vliegen die beestjes echt zo’n end?

‘De recordvlieger vertrok vorig jaar augustus uit Noorwegen en was vijf dagen later in Ghana. Met zestig kilometer per uur over de Sahara, zonder ergens naar de grond te gaan om voedsel te zoeken. Dan zijn wel echt alle reserves op. Voor hun vertrek gaan ze van vijftig naar honderd gram. Zoveel vet zouden wij nooit overleven.’

‘Drieteenstrandlopers hebben twee strategieën, lijkt het. Als ze in Europa blijven, is het natuurlijk kouder en moeten ze veel meer eten om warm te blijven. Dan slapen ze maar een klein deel van hun tijd, terwijl ze in Ghana veel meer staan te dutten. In Afrika bestaat hun eten uit schelpjes, die ze in hun maag kraken. Ze moeten als het ware uitbuiken. Hun maagspieren worden daar op slag ook veel sterker dan hier, waar ze op wormen leven.’

Hoeveel worden er wel niet geringd dat je ze terug kunt vinden?

‘In broedgebieden, die altijd in het noorden zijn, gaat het om tientallen per jaar, in de winterverblijven honderden. Maar het zijn heel honkvaste globetrotters. Het jaar daarna vind je al gauw driekwart terug. Een door ons in Groenland geringd kuiken werd gezien in Bretagne en in de Waddenzee, en ’s zomers in Namibië. Het volgende jaar overwinterde hij daar op exact hetzelfde strandje.’

Waarom willen we deze dingen weten?

‘Om te beginnen uit nieuwsgierigheid. De drieteenstrandlopers waren een witte plek op de steltloperskaart, waarop met pijlen alle vaak extreme routes te volgen zijn van die langeafstands-trekvogels.’

‘En vanwege natuurbeschermingsrichtlijnen kan het belangrijk zijn te weten dat er een groot verloop is op een bepaalde plaats. Dan zitten er weliswaar drie weken lang bijvoorbeeld maar 600 beesten op een IJslands strandje, maar het zijn steeds andere. Het is ideale een tussenstop. Want na een paar dagen trekken ze verder naar Groenland, waar ze ’s zomers 24 uur per dag muggen kunnen vangen. Dan blijken er in totaal veel meer drieteenstrandlopers op dat strand te komen dan er op één bepaald moment zijn. En dan kun je bijvoorbeeld de plaatselijke burgemeester vragen het motorcrossen bij zo’n strandje te verbieden.’

Zouden we ze missen dan?

‘Mist de nieuwe generatie het gezang van de verdwenen veldleeuwerik? Er is al veel natuur vernietigd, en op een keer stort het kaartenhuis in. Bovendien valt er lol aan ze te beleven. Het zijn zulke koddige beesten, al die houdingen die ze aannemen. Je kunt er van alles in lezen. Dat is niet wetenschappelijk, maar omdat ik zelf geen bioloog ben mag ik ze bijvoorbeeld best verdrietig noemen.’

Zondag 13 juni spreekt Koos Dijksterhuis over ‘Drieteenstrandlopers en de natuurbescherming’, 13.30 u. Kasteel Groeneveld, Groeneveld 2 Baarn. Toegang: entree kasteel (€ 2-4)

‘Operatie volg de vogel’ zette NRC Next ’s ochtends boven dit interview.