Akademie Nieuws
Waddenacademie
Het jongste KNAW-instituut zoekt wijsheid voor de Wadden
‘Wees wijs met de Waddenzee’ was de tekst op blauwe truien en t-shirts die tientallen met dat enorme, complexe waddengebied dat zich over 400 kilometer kust uitstrekt jaren geleden het straatbeeld al kleurden. Maar wat is wijs? Wat moeten we aan en vol zit met bedreigde bijzondere flora en fauna en geschiedenis? De natuur beschermen of de mensen? In 2003 concludeerde de overheid dat we met beleid en beheer van de Waddenzee in een impasse waren geraakt. Aan de wetenschap om die te doorbreken. Zo kreeg de KNAW een nieuw instituut: de Waddenacademie. Twee jaar na de oprichting praat Waddenacademievoorzitter Pavel Kabat over de vraag hoe we de natuur kunnen behouden en tegelijk ook blijven gebruiken.
Goed, het sloeg niet op wat wij nu de Wadden noemen of de Waddenzee, maar toch is ‘wad’ het oudste Nederlandse woord dat tot dusver in geschriften is gevonden. Het was de Romeinse geschiedschrijver Tacitus die het in het jaar 107 optekende. Nog steeds hangen ‘wad’ en ‘doorwaden’ samen, en daarin zit precies het typerende van het gebied. Telkens als het eb wordt, zijn er droogvallende zandplaten, met daartussen ondiepe of wat diepere geulen. Met bijbehorende fraaie weidse uitzichten over het water en de golvende ribbels in het zand. Dat de bijzondere getijdenwerking heeft geleid tot een bijzondere, maar nogal kwetsbare leefomgeving voor allerlei planten, vogels en schelpdieren, en niet te vergeten zeehonden, zal weinig Nederlanders ontgaan zijn.
actievoeren
Aan aandacht ontbreekt het de Wadden niet, en ook is er geld (het Waddenfonds heeft 800 miljoen beschikbaar) en erkenning. Sinds juni vorig jaar staat de Waddenzee op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Naast bijvoorbeeld de Grand Canyon en de Galapagoseilanden. Erfgoed dat de wereld wil behouden. Maar hoe doe je dat? Simpel is het niet. Dat laten de decennia van discussies, actievoeren en maatregelen in elk geval zien.
Als iemand dat begrijpt, is het Pavel Kabat (1958). Voor iedereen die vindt dat de Wadden zo moeten blijven als ze nu zijn, heeft de voorzitter van de Waddenacademie bij zijn presentaties altijd twee foto’s in petto. Een bij eb, en een bij vloed. ‘Vertel maar welke Wadden je wilt behouden,’ zegt hij dan. Het is een van zijn manieren om steeds dezelfde boodschap te verwoorden: de wadden zijn niet één ding, ze zijn een systeem vol dynamiek. Altijd al geweest.
‘Wat is dat nou? Waarom vraag je daar mij voor?’, was Kabats eerste reactie op de vraag of hij voorzitter wilde worden van de gloednieuwe Waddenacademie. ‘Ik ben hydroloog en klimaatonderzoeker. Ik onderzoek de honderden kilometers grote systemen in de Sahel en het Amazonegebied.’ Hij ging zich inlezen. ‘Toen zag ik snel: hier kan ik wat betekenen. Net zoals in de Amazone gebeurt, kan het onderzoek naar het waddensysteem veel multidisciplinairder, integraler en internationaler. Dingen zoals klimaat, ecologie, geologie en sedimentdynamiek: dat snap ik wel. Er zijn raakvlakken met bijvoorbeeld economie en cultuurhistorie, en het geheel koppelt ook mooi met andere grote projecten en de dertig promovendi die ik heb.’
Inmiddels is de in Tsjechië geboren hoogleraar Aardsysteemkunde en Klimaatstudies aan de Wageningen Universiteit helemaal gegrepen door het waddengebied. In het Atlasgebouw, met zijn binnenkant vol opmerkelijke scheve dwarsverbindingen tussen de verdiepingen, praat hij onvermoeibaar, uren achtereen. In zeer vlot Nederlands, waaraan je toch kunt horen dat hij niet uit Nederland komt. Hij is hier sinds 1986, maar hij is hier nooit, lijkt het. Voortdurend vliegt hij de wereld over voor zijn werk als onderzoeker, spreker en adviseur.
Twee dagen van de week wijdt hij aan de Waddenacademie. Het is dan ook geen KNAW-onderzoeksinstituut in de klassieke zin. ‘Het heeft eerder de vorm van een virtueel ‘network of excellence’, zegt Kabat, ‘met wetenschappers en studenten, maar ook beleidsmakers en beheerders.’ Modern dus. Het eigen budget is niet meer dan 1,1 miljoen per jaar. Het kleine bureau in Leeuwarden ondersteunt de vijf hoogleraren die het bestuur vormen.
Hun zeer uiteenlopende portefeuilles laten zien hoeveel kanten er aan het waddenonderzoek zitten. Hoe complex het hele systeem is. Want daar horen bijvoorbeeld ook de ongeveer een miljoen mensen in het gebied bij. De visserij, het toerisme. Voer voor alfa’s, bèta’s en gamma’s. Kabat zelf beheert klimaat, water en ruimtelijke ordening, maar bij de Waddenacademiethema’s horen ook cultuurhistorie, ecologie, geowetenschap en sociale en ruimtelijke economie. De vier andere bestuursleden besteden een dag per week aan de Waddenacademie.
zeegrasvelden
Kabat: ‘Met zijn vijven zijn we het wetenschappelijk geweten.’ Dat spreekt hem aan. Net als het feit dat de politiek de durf heeft gehad te kiezen voor de KNAW, voor een strikt wetenschappelijke invalshoek dus. Want de Waddenacademie vloeit voort uit een overheidsrapport: de Adviesgroep Waddenzeebeleid constateerde ‘dat beleid en beheer van de Waddenzee in een impasse zijn geraakt’.
Kan een Waddenacademie die doorbreken? En werd er trouwens niet al eindeloos veel onderzoek gedaan? Kabat: ‘Ja, maar meestal per discipline, dus nogal versnipperd. Er verschijnen bijvoorbeeld over de waddenecologie honderden papers, proefschriften en rapporten, die dan vooral in de kasten van UB’s en hoogleraren terechtkomen. Maar zo krijg je geen antwoord op de grote vragen waar het hier om gaat: hoe kunnen we als werelderfgoed de natuur behouden en tegelijk ook blijven gebruiken. Daar heb je een multidisciplinaire aanpak voor nodig, een systeembenadering.
Waarbij je ook moet zorgen voor draagvlak in de regio. Dat stellen wij dus ook voor in onze integrale kennisagenda. Maar naast bijval was er inderdaad ook pittige weerstand tegen een Waddenacademie. Universiteiten en onderzoeksinstituten zagen er mogelijke concurrentie in. Maar die maken nu juist deel uit van het grote netwerk dat onderzoek doet. Europa en de wereld gaan daar ook bij horen.’
Dat de wadden geen puur Nederlandse aangelegenheid zijn benadrukt Kabat een paar keer. Om te beginnen lopen ze buiten onze grenzen door, tot in Duitsland en Denemarken. Die hebben bijvoorbeeld ook Waddeneilanden. Door de Waddenacademie beginnen de drie landen nu structureel kennis uit te wisselen in een trilaterale samenwerking. Dat verruimt de mogelijkheden en de blik. ‘Je moet bijvoorbeeld durven zeggen dat de zeegrasvelden misschien beter in het Duitse deel herstellen’, stelt Kabat.
Dat zit als volgt. Zeegras groeit in gebieden waar zoet en zout water samenkomen (in de Waddenzee monden een aantal rivieren uit).Vissen schuilen er, schelpdieren groeien er op, en ze verstevigen het sediment. Waarschijnlijk als gevolg van een ziekte is rond 1930 het grootste deel van de uitgestrekte zeegrasvelden in het waddengebied verdwenen. Al tientallen jaren wordt getracht ze weer terug te brengen. Daarbij wordt langzaam maar zeker duidelijker waar de kans op succes het grootst is. Wie weet wel in Duitsland dus.
Vorig jaar kwamen op initiatief van de Waddenacademie in Hamburg voor de eerste maal directeuren van 25 instituten uit de drie landen bijeen. Voor eind dit jaar staat een Waddenacademiesymposium op stapel, als voorloper van een grote conferentie in 2012. Maar ook in breder Europees verband zijn de Wadden belangrijk. Het waddengebied bevat maar liefst zestig procent van alle getijdengebieden in Europa en Noord-Afrika. Uniek zijn ze niet. Kabat: ‘Wereldwijd zijn er zeventig gebieden die veel lijken op de Wadden. In Bangladesh, Vietnam, Korea, Amerika, overal.’ Wat er geleerd wordt van ‘onze’ wadden, kan dus ook van groot belang zijn voor elders. En andersom.
lichtdoorval
Lukt het? Levert de Waddenacademie nieuwe inzichten op? ‘Ja’, zegt Kabat. ‘De schaal in ruimte en tijd waarop je kijkt is heel belangrijk. Bij grote ingrepen is begrip van het hele systeem echt noodzakelijk. Dan is de vraag: richt je je alleen op de natuur of alleen op de veiligheid? Doordat de bodemberoerende visserij is aangepakt, is de helderheid van het water teruggekomen. Omdat er weer lichtdoorval is, herstellen processen zich, en kan er bijvoorbeeld weer zeegras groeien. Maar onafhankelijk daarvan speelt de vraag van het zeespiegelniveau. Tegen de stijging van het water kun je zandsuppleties uitvoeren, zodat het land en de eilanden niet onderlopen. Maar zelfs als je dat een heel eind verderop doet, betekent dat: weg helderheid. Die twee dingen hangen dus samen. Dat zijn verbanden die tot voor kort nog niet gelegd waren.’
Er is inmiddels meer om op te bogen. Trots neemt Kabat plaats achter zijn computer om te laten zien dat er elke week een toegankelijk stuk over waddenonderzoek verschijnt op de website van de Waddenacademie. De kennis moet ontsloten worden. Hij moet even zoeken, maar dan komt ‘WadWeten’ in beeld, met berichten over onderwerpen die uiteenlopen van de kanoetentrek tot de geschiedenis van het navigeren door de Vliestroom.
Er wordt gewerkt aan een PhD School of Excellence, in nauw overleg met de in voorbereiding zijnde University Campus Fryslân. Straks worden er elk jaar vijftien internationale PhD-studenten geselecteerd, drie per Waddenacademiediscipline. Samen hebben ze een overkoepelend programma. De onderzoekers kunnen aan elke universiteit ter wereld werkzaam zijn. “Maar het verzamelen van gegevens en de verplichte winter- en summerschools, spelen zich expliciet fysiek af in de regio’, zegt Kabat. Waar dan vanzelf, als iedereen bij elkaar is, ook weer de interdisciplinaire aanpak tot zijn recht komt.
Er is een Waddenacademieprijs ingesteld, afwisselend voor het beste proefschrift en de beste afstudeerscriptie die aan de wadden gerelateerd zijn. Dat leverde bij de eerste uitreiking meteen extra aandacht op voor de intrigerende manier waarop standkrabben met hun eten omgaan: ze slepen het mee naar waar het rustig is. Een ‘afhaalstrategie’ noemt de winnende promovenda Isabel Smallegange dat.
Ook ligt er intussen een stapeltje Waddenacademieuitgaven. Allemaal vol prachtige foto’s. De ‘integrale kennisagenda’ van de Waddenacademie, met ook de aanbeveling de economie en de cultuurhistorie een grote inhaalslag te laten maken, is te vinden in het boek Kennis voor een duurzame toekomst van de Wadden. Het is een overzichtelijk, meestal ook voor buitenstaanders heel goed te volgen verhaal.
Bijzonder is Gedeelde ruimte Het waddengebied in dertig ontmoetingen, het boekje dat bestuurslid Jos Bazelmans maakte. Hij gaat in de Waddenacademie over de cultuurhistorie. Vorig jaar trok hij door het hele waddengebied, en sprak daar bewoners. Niet alleen allerlei bestuurders en onderzoekers, en vissers, agrariërs en recreatieondernemers, maar bijvoorbeeld ook de beheerder van de drenkelingenbegraafplaats op Schiermonnikoog, en de eigenaar van het Wrakkenmuseum op Terschelling. Bazelmans legde alle persoonlijke gesprekken in een paar bladzijden vast. Bij lezing valt ook hier op hoe breed ‘de Wadden’ zijn, en hoe complex, bijvoorbeeld omdat belangen soms tegengesteld lijken.
Toch ziet Bazelmans het duidelijk positief in, en dat geldt ook voor Kabat. Het sleutelbegrip bij alle onderzoeksvragen is en blijft duurzaamheid. Kabat vat dat heel breed op, en is optimistisch over de mogelijkheden om de impasse te doorbreken die er al heel lang bestaat tussen economie aan de ene en natuur aan de andere kant. ‘Je moet denken over de vraag hoe je van natuur geld kunt maken, in combinatie met toerisme’, verklaart hij.
Waarbij wel een basisvraag blijft wat de draagkracht van het systeem is, wanneer bijvoorbeeld de Japanners massaal het waddengebied gaan bezoeken. ‘Maar misschien zien we over twintig jaar een vrij uizicht wel als een ‘dienst’. Is het de mensen geld waard als ze niet naar grote windmolens hoeven te kijken. In het kader van het klimaatdebat heb ik tien jaar geleden al eens gezegd dat koolstof business zou worden. En kijk: nu worden er op de beurs koolstofrechten verhandeld.’
De Waddenacademie is in 2008 in principe voor twintig jaar ingesteld, parallel aan de looptijd van het Waddenfonds. ‘Met alle stappen van de keten die gezet moeten worden, denk ik dat we zeker zo lang nodig hebben’, zegt Kabat.
Volgens bestuurssecretaris Klaas Deen is de Waddenacademie al een nationale vraagbaak aan het worden. Als er maar iets met de wadden is, krijgt hij in het Huis voor de Wadden – daarin is het bureau gevestigd – tegenwoordig prompt telefoontjes en mail van journalisten en burgers.
De Waddenacademie in het kort
Opgericht: 30 juli 2008.
Doel: een gezaghebbend kenniscentrum vormen, gericht op duurzame ontwikkeling van de waddenregio.
Taak: ecologisch, geologisch, economisch, cultuurhistorisch en sociaal-cultureel onderzoek initiëren, coördineren en faciliteren.
Leiding: vijf parttime hoogleraren uit de vijf disciplines hierboven.
Ondersteunend bureau: 3,5 fte in het Huis voor de Wadden in Leeuwarden.
Financiering: het Waddenfonds (ingesteld voor duurzame bescherming en ontwikkeling van de Waddenzee, beheerd door VROM, 1 miljoen euro per jaar) en de provincie Friesland (100.000 euro per jaar).
Website: www.waddenacademie.knaw.nl