Bionieuws
Marcel Roele verklaart godsdienst
‘Een soort Sinterklaas voor volwassenen’
Hij heeft een enorm pak luiers naast zich neergezet – voor blije baby’s staat erop –, en die middag is de afspraak voor het interview helemaal misgelopen omdat hij ineens toch op zijn kinderen moest passen. Marcel Roele, auteur van onder meer De eeuwige lokroep, Over seks, sekseverschillen en relaties en De Mietjesmaatschappij, Over politiek incorrecte feiten noemt zichzelf “een ontzettende softie”, en “een man met een meer dan gemiddeld aantal vrouwelijke eigenschappen”.
Gemiddelden. Eigenlijk gaat het onderzoek naar de aangeborenheid van veel zaken waar freelance wetenschapsjournalist Roele (40) veel en graag over schrijft, daar altijd over. Maar bij onderwerpen als mannetjes- en vrouwtjesgedrag, en intelligentie en ras lopen de gemoederen zo gemakkelijk hoog op, dat al gauw uit het oog verloren wordt dat dergelijke studies niets over individuen zeggen.
Degene die de boodschap brengt dat meisjes, wat je ook probeert of doet, over het algemeen geen groot talent voor wiskunde hebben, krijgt daarom de wind van voren. Wie navertelt dat onderzoek keer op keer uitwijst dat blanken gemiddeld een hoger IQ hebben dan zwarten, kan helemaal op verkettering rekenen. Het zit hem echt in de taboes van onze samenleving, zegt Roele, en hij illustreert: “Als ik nou zeg: die mevrouw die daarachter zit heeft cupmaat D, terwijl jij cup C hebt, en dat verschil is helemaal door jullie genen bepaald, dan kan ik me niet voorstellen dat een van jullie daar ooit een probleem mee zou hebben. Zoiets vindt iedereen gewoon. Hetzelfde geldt voor een mooi of lelijk gezicht. Maar gaat het om intelligentie dan gaan alle mensen ineens op hun achterste benen staan.”
Vooral uit De Mietjesmaatschappij spreekt regelmatig Roeles ergernis over onderzoekers en ook journalisten die hun onwelgevallige onderzoeksresultaten simpelweg verwerpen. Bij voorbaat, of met behulp van vals citeren en verdachtmakingen. Onder meer de evolutionair bioloog Stephen Gould krijgt er geweldig van langs. Het boek zelf riep bij recensenten dikwijls ook weer felle reacties op. Dat ergernis een van zijn drijfveren is, wil Roele wel toegeven, maar dat er ook agressie uit de pagina’s opstijgt gaat er niet zomaar in. Hij mannelijk hormoon zat? Welnee.
“Ik weet zeker dat ik niet veel testosteron heb”, verzekert hij met kracht. “Ik ben zo iemand die zich tot zijn twintigste nooit hoefde te scheren, de jongen die bij gym altijd als laatste werd gekozen. Het type man waarmee vrouwen graag praten, maar aan wie ze zich nou nooit eens spontaan aanbieden.” Dat dat laatste hem spijt lijkt weer wel tot de typisch mannelijke eigenschappen te behoren.
Steeds komt het gesprek uit op hetzelfde: of het ons nu bevalt of niet, ons lot ligt voor een groot deel in onze genen besloten, en dat kun je zelfs steeds beter zien. Roele legt uit: “Neem lengte, en laten we even kijken naar bekende paren, Wim de Bie en Kees van Kooten, Freek de Jonge en Bram Vermeulen. Generatiegenoten van wie de een ’n stuk kleiner is dan de ander. Dat is voor negentig procent genetisch bepaald, maar honderd jaar geleden was dat nog niet zo. Toen waren er veel grotere verschillen in de omgevingsfactoren. Slechte voeding, ziektes, dat beïnvloedde iemands lengte veel vaker. De verschillen tussen mensen onderling waren toen dus meer terug te voeren op nurture dan nu.”
Maar dat geldt voor intelligentie ook. Vanaf halverwege de vorige eeuw werd door verschillende onderzoekers vastgesteld dat de hoogte van iemands IQ voor zo’n zestig procent afhankelijk was van erfelijkheid, wanneer je volwassen generatie- en landgenoten uit dezelfde etnische groep vergeleek. “In de loop van de jaren is dat percentage aldoor opgelopen”, vertelt Roele. “Tegenwoordig komt er uit studies dat de individuele verschillen in IQ van 60-jarigen voor tachtig procent zijn terug te voeren op individuele verschillen in genetische aanleg. De erfelijkheid van intelligentie neemt in de loop van je leven toe doordat de invloed van omgevingsinvloeden daalt – je realiseert langzaam je genetische potentieel dus, tot het moment waarop je gaat aftakelen. Het streven is natuurlijk honderd procent, pas dan heeft iedereen gelijke kansen om zijn talenten te ontplooien.”
Het lijkt de ironie ten top. ‘Gelijke kansen’ is het oude motto van politiek links. Nu dat ideaal bijna bereikt is, blijkt dat gelijke kansen niet tot gelijke resultaten leiden, maar juist de aangeboren verschillen genadeloos blootleggen. Al probeert datzelfde links dat wel weet te verdoezelen, volgens Roele: “De nivellering is veel te ver gegaan. Onderwijs op maat zou kinderen beter tot hun recht laten komen. Nu is het onderwijsprogramma in onder andere Amerika aangepast om ook meisjes een voldoende voor wiskunde te laten halen. Het gevolg is dat echte wiskundetalenten, en dat zijn vooral jongens, niet meer gestimuleerd worden. Dat gevaar dreigt hier ook.”
“Tegelijk worden die jongens wel verplicht om op dezelfde leeftijd als meisjes naar school te gaan, terwijl ze in hun ontwikkeling consequent een à twee jaar achterlopen. Dat duurt tot in hun puberteit. Het is ook van alle culturen, overal vallen meisjes van dertien op jongens van vijftien en omgekeerd. Ik vind dat je het moment van naar school gaan zou moeten laten afhangen van de persoonlijke intellectuele ontwikkeling van jongens.”
Maar ja, het pluche wordt nog steeds bezet door de linkse generatie van de jaren zestig. Overigens heeft Roele zelf een heftig links verleden. Eind jaren zeventig ging hij dan ook politicologie studeren aan de universiteit van Amsterdam, toen een waar rood bolwerk. Zijn eigen opvoeding was “tamelijk socialistisch” zegt hij, waaraan hij het feit toeschrijft dat hij nooit een opstandige puber was. Wel werd hij radicaal links (“Toen ik vijftien was vergoelijkte ik enigszins wat de Baader-Meinhoff-groep deed”), maar bij het lezen van marxistische literatuur begon de twijfel te knagen. Kroning en krakers, kruisraketten, zijn medestudenten waren erbij begin jaren tachtig, maar Roele was er al op afgeknapt. “Ik ben daar zo ontzettend verrechtst”, lacht hij, en dan serieus: “Ik ergerde me aan het bijna ‘bijbelse’. De linkse gemeenschap leek wel een godsdienst.”
En hoewel hij zielsgraag anders zou willen, al was het maar omdat hij al sinds zijn zevende erg benauwd is voor de dood, in een god geloven kan Roele niet. Het thema ‘God is biologie’ van het Bionieuws-symposium in november behoeft wat hem betreft nauwelijks discussie. De bioloog in ons heeft god uitgevonden.
Roele zal op het symposium spreken over evolutionaire verklaringen voor religieus gedrag. Nadat hij toch maar in de politicologie was afgestudeerd, ging hij daar namelijk onderzoek naar doen. Van een proefschrift is het door allerlei oorzaken niet gekomen, maar zijn gegevens en een aantal stellingen kwamen uiteindelijk in De Mietjesmaatschappij terecht.
Roele: “Elke godsdienst wil natuurlijk het onverklaarbare verklaren, en vaak manipuleren ze ook de angst voor de dood. Maar in grotere samenlevingen leggen ze bovendien normen en waarden op. Dat is in een kleinere gemeenschap veel minder nodig: daar houdt iedereen iedereen in de gaten, en kent iedereen elkaar ook. Bij wat ze natuurvolken noemen heb je wel religie, maar zelden monotheïsme. Het geloof in één moraliserende god, die alles ziet en aangeeft wat goed en fout is, zie je terug in alle grotere samenlevingen. Toen men in grotere verbanden dan pakweg 250 mensen ging leven, werd een soort Sinterklaas voor volwassenen nodig, met ook een groot boek waarin alle zonden worden bijgehouden.”
Er gaan nog meer controversiële onderwerpen over tafel. Eugenetica, waar Roele al aan gedaan heeft, zegt hij: “Als de vruchtwaterpuncties van mijn vrouw hadden uitgewezen dat we een mongooltje verwachtten hadden we beslist abortus gepleegd.” Over de Turken en Marokkanen in Nederland van wie het aannemelijk is dat ze gemiddeld een lager IQ hebben dan de Nederlanders. “Wij wilden geen vloeren meer vegen, maar toen hebben we natuurlijk niet alle hoogleraren uit Ankara gehaald om het over te nemen”, zegt Roele droogjes, ook al is het geen populaire opvatting. Het deert hem niet: “Wat klopt in de wetenschap, gaat langer mee dan de modes.”
Marcel Roele heeft een wekelijkse rubriek over evolutie en biologie in het Algemeen Dagblad. Zijn boeken worden uitgegeven door Contact. Binnenkort verschijnt De menselijke soort.
NOOT: Bionieuws organiseerde een symposium onder de kop ‘God is bioloog’, dat op 15 november 2001 gehouden werd. Roele was een van de zes sprekers. Zie in het archief ook het interview met Gert-Jan van Ommen, een van de andere vijf, verschenen in Bionieuws van 13 oktober 2001.
Naschrift: Marcel Roele is op 9 januari 2011 onverwacht overleden, nog maar 49 jaar oud.